Xander begon in 1991 een grafisch ontwerpstudio. Al gauw groeide zijn bedrijf uit tot acht fulltime medewerkers. Xander had alles goed geregeld. Het bedrijf van Xander Koppelmans was goed geautomatiseerd en beveiligd tegen cybercrime. Althans, dat dacht hij. ‘Bovendien, wie wil ons nou hacken?’ Zegt Xander.
Op een donderdagmorgen in april 2015 kreeg Xander van zijn medewerkers te horen dat ze gehackt zijn. De servers werden leeggemaakt door de hacker, ze zagen de bestanden één voor één verdwijnen, waardoor Xander besloot om de stekker eruit te trekken van de servers. Later, toen de systeembeheerder langs kwam om de schade in te schatten. Bleek al snel dat alles bijna weg was. Niet alleen hun werk, maar ook back-ups, administratie, e-mails en contactgegevens.
Net toen ze op het punt stonden om meerdere grote klussen op te leveren werden ze gehackt. Waardoor ze belangrijke documenten waren kwijtgeraakt. Zijn team moest op hun eigen kosten alles opnieuw maken, wat voor veel stress zorgde.
Na drie maanden, was Xander helaas nog steeds niet hersteld. In 2017 meldde zijn accountant dat ze er niet goed voor stonden en adviseerde dan ook om zo snel mogelijk een faillissement aan te vragen. Na het aanvragen van het onvermijdelijke faillissement verbreekt de bank de relatie met het bedrijf. Ook met de holding. En de persoonlijke hypotheek zeiden ze ook gelijk op. Dat is wat banken in zo’n situatie doen. Koppelmans verkoopt zijn huis. Zijn huwelijk loopt stuk. “Binnen twee jaar ging ik van zorgeloos naar technisch dakloos. Dat is heel gek. Ik heb toch niks verkeerd gedaan?”
Wie verantwoordelijk is voor de hack, weet Xander tot op de dag van vandaag nog steeds niet.
Bron: Abnamro.nl en AD.nl